Home
Observatie- en uitzichtpunten
Recreatie mogelijkheden
Bellevue
Fauna
Flora
Bijzondere waarnemingen
Paddenstoelen
Ligging en geografie
Links
Contact
Fochtelooerveen
Paddenstoelen
 
Een groep waar ik minder in thuis ben, maar die wel thuishoort op deze site.
Allereerst, de schrijfwijze. Paddenstoel is sinds 2006 officieel de juiste spelling, maar ook paddestoel is toegestaan.
De groep wetenschappers die zich bezighoudt met de wereld van de paddenstoelen en schimmels noemen we mycologen.
De soortgroep is zeer divers, bovendien erg lastig te determineren op uiterlijke kenmerken. Wat belangrijk is, is om in het veld al een soortgroep trachten te bepalen met het blote oog of loep, maar ook de omgeving waar deze wordt aangetroffen. Groeien er naaldbomen, loofbomen, de grondsoort enzovoort. Smaak (alleen ervaren mycologen toevertrouwd) en geur zijn tevens een belangrijk kenmerk. Heeft de paddenstoel plaatjes of buisjes waarin de sporen (zaadjes) zitten. Verkleurt de hoed bij aanraking en zo zijn er vele aspecten om te kunnen determineren. Voor vele soorten is er dan nog geen uitkomst, een derde tot de helft van de ongeveer 4700 soorten die in Nederland voorkomen zijn alleen met een microscoop en kennis uit de literatuur op de juiste naam te brengen.
 
Een paddenstoel is maar een klein deel van een schimmel die zich voornamelijk ondergronds (of in bomen) bevindt. Die schimmeldraden bij elkaar is de zwamvlok.
Waar dit boven de grond komt, vormt zich een paddenstoel. Dit is het vruchtlichaam, daarin groeien de sporen.
Een paddenstoel bestaat uit een hoed, manchet of ring, de steel en zwamvlok. Maar er zijn ook paddenstoelen waar één of meer onderdelen hiervan ontbreken.
De resten van een gescheurd vlies wat over de hoed zat, is te vinden op de hoed als een soort vlokjes, wratjes of plaatjes, denk aan de witte stippen van de Vliegenzwam.  
Het gescheurde vlies wat onder de hoed zat ter bescherming van de nog onrijpe sporen, is te herkennen als manchet. Ook hierbij is de Vliegenzwam met een “schortje” een voorbeeld.
 
Paddenstoelen kunnen op verschillende manieren groeien. Op bomen die dood zijn, of dood
gaan. Andere paddenstoelen leven alleen maar op hele zwakke bomen. Maar er zijn ook paddenstoelen die profiteren van bomen die water en voedingsstoffen uit de bodem opnemen. een goede samenlevingsvorm met de boom. Paddenstoelen zijn opruimers, profiteurs of samenlevers.
 
Door een oud bijgeloof werd de snelle groei, vreemde vormen en de variatie aan vreemde kleuren, duivelswerk genoemd. Veel paddenstoelen dragen dan ook de naam mee zoals Duivelsei, Heksenboleet, Heksenkring, Dodemansvingers, maar ook Elfenbankje.
De associatie met kabouters, demonen en heksen is er altijd geweest. De volksverhalen vertellers en schrijvers maakten dankbaar gebruik van het bijgeloof.

De meeste paddenstoelen die hier geplaatst zijn, zijn paddenstoelen uit de randzones van het veen.



Met een bijzondere kracht drukken de Vliegenzwammen (Amanita muscaria) zich omhoog uit de grond, werk van de duivel! Ze beginnen met een bolletje vol met witte vlokken op de “kop”, waarna het bolletje langzaam een plat vlak gaat worden en de witte vlokken verdwijnen.
De hallucinerende werking die ontstaat na het drogen werkt mee aan allerlei rituelen. De heksen maakten aftreksels die ze dronken waardoor ze konden vliegen. Maar ook de homeopathie maakt gebruik van deze tot de verbeelding sprekende prachtige paddenstoelen.
Vliegenzwammen_Amanita muscaria Plaatjes Vliegenzwam_Amanita muscaria
Vliegenzwam_Amanita muscaria Vliegenzwam vlokkken_Amanita muscaria



Dennevoetzwam_Phaeolus schweinitzii
De Dennenvoetzwam (Phaeolus schweinitzii) leeft graag in naaldbossen en parasiteert in de boomvoet van een levende boom.







Berkenvoetzwam_Phaeolus schweinitzii Dennevoetzwam_Phaeolus schweinitzii


Een bekende paddenstoel, de Echte tonderzwam (Fomes fomentarius). Deze groeit voornamelijk op Berken die dood of bijna dood zijn. Deze paddenstoelen kunnen tientallen jaren oud worden. Multifunctioneel! Vroeger werd de tondeldoos gebruikt voor het transport van vuurstenen met gedroogde Echte tonderzwam. Hiermee werden vonken gemaakt waardoor het vuur gemakkelijker aan te steken was. 
In het oosten van Europa worden nog hoofddeksels gemaakt van deze zwam, maar ook als verband werden ze vroeger gebruikt. Het binnenste deel werd gebruikt om een soort leer van maken waar vervolgens dameshand-schoenen van werden gemaakt.
Om een vermindering van nachtelijk zweten te verkrijgen, werd deze bij TBC patiënten medicinaal gebruikt. 

Echte tonderzwam_Fomes fomentarius



Geschubde inktzwam_Coprinus comatus Geschubde inktzwam_Coprinus comatus
De Geschubde inktzwammen (Coprinus comatus) met de duidelijke schubben is de meest algemene inktzwam van de ongeveer honderd voorkomende in Nederland. Ze groeien vaak met een groepje bij elkaar in omgewerkte grond.
Ze veranderen van eivorm tot een klokvorm. Ze kunnen tot wel 15 centimeter hoog worden en staan nog laat in het jaar om te bewonderen.

Geschubde inktzwammen_Coprinus comatus Geschubde inktzwammen_Coprinus comatus



De Geweizwammetjes (Xylaria hypoxylon) zijn zeer algemeen, komen vooral op stronken en houtsnippers voor. Ze worden tot zo'n zes centimeter hoog. De jonge exemplaren zijn wit bestoven, later zijn ze zwart.
De grillige vormen waarin ze groeien is de reden van deze naam.




Geweizwammetjes_Xylaria hypoxylon



 Amethistzwam_Rodekoolzwam_Laccaria amethystina
De Amethistzwam (Laccaria amethystina), ook wel Rodekoolzwammetje genoemd, staat graag in loofbossen, langs paden en bij houtwallen. Ze vallen vaak weg door de kleur en tussen de blaadjes. De naam is te danken aan de kleur van deze fopzwam. Zeer algemeen voorkomend.















De Plooivoetstuifzwam (Lycoperdon excipuliformeis) een algemene soort die het naar de zin heeft op onder andere heideterrein en zandgrond. Ze kunnen tot 12 centimeter groot worden. In het vruchtlichaam zitten de sporen die als ze rijp zijn ontsnappen via een krater.




Plooivoetstuifzwam_Lycoperdon excipuliformeis



Cantharel_Cantharellus cibarius
De Cantharel (Cantharellus cibarius), Hanenkam of Dooierzwam is een eetbare paddenstoel die wat peperig smaakt. Als jonge paddenstoel is de hoed bol, later trechtervormig. De kleur kan van vuil wit tot oranje zijn. De steel loopt smaller toe naar beneden en heeft de kleur van de hoed. Hij komt steeds minder voor, waarschijnlijk door het talrijk plukken voor consumptie. Deze kwetsbare soort is vrij algemeen op zure zandgrond in bossen. Hij lijkt erg veel op de Valse cantharel (Valse dooierzwam).



Valse Cantharel_Hygrophoropsis aurantianca

De Valse cantharel (Hygrophoropsis aurantianca), ook wel genoemd de Valse Hanenkam of Valse Dooierzwam, lijkt erg veel op de echte Cantharel. Hij heeft misschien een iets minder diepe trechter en is iets minder grillig. Komt voor op hout, naalden en bladeren op een voedselarme bodem.

De trechtervorm gaat zich bij deze nog ontwikkelen.





De Gekraagde aardster (Geastrum triplexis) een leuke soort om tegen te komen. Plaatselijk kunnen ze van zeldzaam tot vrij algemeen zijn. Deze is steelloos en is als jong exemplaar een bolletje van een centimeter of vijf. De buitenlaag van deze aardster heeft tot acht slippen als kraag om de bol, zodra deze losvallen is hij tot een centimeter of tien groot. Binnenin is de bol te zien waarin een gaatje ontstaat waardoor de sporen kunnen ontsnappen.  
Gekraagde aardster_Geastrum triplexis



Witte kluifjeszwam_Helvella crispais

De Witte kluifjeszwam
(Helvella crispais) algemeen voorkomend. Ze zien er rommelig uit met allerlei lobben. Ze zijn vuilwit van kleur en hebben een holle gegroefde steel.



Witte kluifjeszwam_Helvella crispais



Het Kleverig koraalzwammetje (Calocera viscosais) een algemene soort die te vinden is op vermolmde stronken van naaldbomen. Ze vertakken, zijn tot hooguit een centimeter of acht groot en opvallend oranje.





Kleverig koraalzwammetje_Calocera viscosais



 Holsteelboleet_Suillus cavipes forma aureus
 
Holsteelboleet (Suillus cavipas) in bruine vorm, is een vrij zeldzame boleet, maar is algemener dan zeer zeldzame Holsteelboleet met een goudgele hoed.  
 
De Holsteelboleet leeft samen met de Lariks in middeloude tot oude naald- en gemengde bossen op zure voedselarme leembodems.
 
Holsteelboleet (Suillus cavipes forma aureus) met een prachtige goudgele hoed is zeer zeldzaam.  


Holsteelboleet_Suillus cavipes forma aureus Holsteelboleet_Suillus cavipas



De Zwartwordende wasplaat (Hygrocybe conica) is een vrij algemene soort van enkele centimeters hoog. De jonge exemplaren zijn geel, worden oranje tot rood tot zwart. Ook door aanpakken van deze paddenstoel zal hij zwart worden. Een soort van onder andere vochtige heide.

Zwartwordende wasplaat_Hygrocybe conica



Vuurzwammetje_Hygrocybe miniata

Een Vuurzwammetje (Hygrocybe miniata) zeer waarschijnlijk, een algemeen voorkomend klein zwammetje wat voorkomt op zand- en veengrond en hei schrale grond.

 




 
Moederkoren of Moederkoorn (Claviceps purpurea) groeit onder andere op granen zoals Rogge en Tarwe, maar ook op grassen. De naam komt waarschijnlijk doordat vroedvrouwen het gebruikten om weeen op gang te brengen met deze schimmel.
 
Deze kleine schimmel produceert giftige stoffen die darmkrampen en problemen met doorbloedingen. Dit veroorzaakt afstervende vingers, tenen en hallucinaties. Enkele grammen kan zelfs al dodelijk zijn! Door besmet meel (in brood) stierven vroeger hele dorpen uit. In 1676 werd eindelijk het verband gevonden. Aantasting van het graan komt bijna niet meer voor, alleen nog in de ecologische landbouw.
 


 
Moederkoren



HomeObservatie- en uitzichtpuntenRecreatie mogelijkhedenBellevueFaunaFloraBijzondere waarnemingenPaddenstoelenLigging en geografieLinksContact